Het regent pijpestelen. Altijd moeilijk voor te stellen dat het gisteren zulk prachtig weer was en dat het dat morgen ook weer zal zijn, en heel de komende week volgens de voorspelling.
Maar in augustus maakt me dat niet zo veel meer uit, de vroege ochtenden zijn fris en tegen vieren koelt het altijd flink af. Ik ruik al geregeld een herfstlucht in het bos (zo’n kruidige lucht, vermengd met die van paddestoelen). Het is een enorm goed paddestoelenjaar en naast onze brievenbus groeien cantharellen. Ik hoop dat niemand anders ze ‘oogst’ en dat ze nog even kunnen groeien tot wij ze kunnen opeten. Nom!
De man heeft nog een lang weekend vrij genomen, dus morgen begint het weekend. Nu tel ik niet af naar het weekend, maar ik vind het altijd heerlijk om gewoon samen rustig aan te kunnen doen. Zo nu en dan neemt hij de kinderen mee om een stukje te varen en een ijsje te eten in het dorp. Soms ga ik mee, soms niet. Ik vind het ook erg fijn om gewoon even een paar uurtjes alleen te zijn.
Omdat het vandaag nogal netenweer is, heb ik meteen maar mijn poetsronde gedaan in huis en ga ik eens kijken wat we nodig hebben voor de komende herfst voor de kinderen. Vanmiddag doen we boodschappen voor de week, dan is dat maar weer gedaan.
En over coronamaatregelen gesproken, volgens VG -een sensatiekrant, maar dat zijn alle kranten hier-, gaat er op 14 augustus weer een inreisverbod in vanuit Nederland. Serieus. Ik weet niet waar ze het vandaan halen. Maar aangezien ze in Engeland al zeggen gebouwen inclusief fabrieken, verzorgingshuizen en private huizen met de grond gelijk te willen maken als ‘corona gets out of control’ dan…. Wel, laat maar even. Ik ben echt benieuwd of ik mijn ouders nog eens ga zien en zeker de rest van mijn familie.
Ik keek vorige week een video van Bjørn Andreas Bull Hansen, die ‘voorspelt’ dat er in september wederom lockdowns zullen volgen. Ik hoop dat hij ongelijk heeft maar als ik zie waar nu op aangestuurd wordt, zou het me niet verbazen. Maar dat zien we wel, ik kan er toch niets aan doen als men daarvoor kiest. Wat ik wel kan doen, heb ik gisteren al geschreven.
Ik wilde graag dit filmpje nog delen. The Priceless Benefits of not Belonging.
Als we niet bij een groep horen, hebben we de ultieme vrijheid. Als we ons onderwerpen aan een groep, doen we onszelf tekort. Een groep bepaalt vaak wat we mogen denken, zeggen, aantrekken, vinden, luisteren, eten…. En dat is beperkend. Het is een vorm van veiligheid, maar wel een die komt met een prijs. En die is je ‘eigenheid’.
De keuze uit dingen die je wel kan doen als je nergens bijhoort, is groot. Je kan zeggen wat je wil, aantrekken wat je wil, de muziek luisteren die je wil, de boeken lezen die je wil… En daarover praten met anderen, zonder dat je je druk hoeft te maken of je er nog wel bijhoort.
Als iemand die het liefst alleen is, of met mijn eigen gezin, kan ik dat alleen maar beamen.
Aan de andere kant betekent dat (voor mij) dat ik juist met bijna iedereen prima door een deur kan. Er zijn dingen die ik in het algemeen niet zie als heel positief maar ik zal niet gauw iemand persoonlijk veroordelen op basis hiervan. Ik kan best uit wandelen met mijn buurvrouw-met-de-veertig-bontjassen, ook al vind ik madammen met een bontjas zeer gemeen.
Het lijkt me vervelend om moeite te doen om bij een groep te horen. Ik vraag me vaak af: zouden die mensen, die zo gruwelijk veel moeite doen om ‘normaaaal‘ te zijn, nu nooit eens willen vertellen wat ze er echt van vinden? Of vinden ze simpelweg wat hun groepje zegt dat ze moeten vinden, zonder verder echt na te denken? (zo bijvoorbeeld)
Als al je ‘vrienden’ A vinden en jij vindt B, dan wil je dat toch kunnen vertellen zonder dat ze je veroordelen? Echte vrienden doen dat ook niet maar ‘in tijden van nood leert men zijn vrienden kennen’ en dat blijkt het leeuwendeel van de mensen met wie we ons omringen, vaak niets meer dan decoratie. Leuk als tijdverdrijf maar totaal niet essentieel en even inwisselbaar als de kussenhoesjes op de bank.
En natuurlijk, iedereen is afhankelijk van anderen. Dat zie ik als iets moois: we zijn allemaal een onderdeel van een groot organisme, zelfs al gaan we voor een groot deel onze eigen weg.
Soms vind ik sociaal doen aangenaam. Maar wel op mijn eigen voorwaarden. Natuurlijk houd ik rekening met anderen, maar niet ten koste van mijn eigen vrijheid om te zeggen, denken, vinden of schrijven wat ik zelf wil. Ook niet ten koste van die van anderen.